Maar ondertussen zijn ze heel belangrijk voor onze economie…
‘Het is de ruggengraat van onze economie. Er zit veel ambachtelijk werk, er zitten maakbedrijven, industrieën. Die zogenoemde “stuwende” bedrijven leveren veel werk op voor andere bedrijven. Qua economie worden deze terreinen relatief efficiënt benut, als je kijkt naar hoeveel er wordt verdiend op het oppervlak dat is bestemd is voor bedrijventerreinen. Maar ruimtelijk moet er veel gebeuren.’
Wat dan?
‘Net als in de woningbouw: laagje erop, laagje ernaast. De gebouwen zijn nu vaak een- of twee laags, dat moet veel efficiënter. In de strijd om de ruimte valt daar veel ruimtewinst te behalen. Parkeergarages in plaats van op straat parkeren, deelauto’s, infrastructuur voor fietsen. Er ligt een enorm onderschatte wateropgave en groenopgave. De gebieden moeten groener, minder asfalt en stenen. Het zijn nu hitte-eilanden en die hitte geeft veel schade. Je kunt de terreinen meer integreren in de omgeving. Nu zijn het buitenaardse ruimteschepen die zijn geland. Door de magere ruimtelijke kwaliteit is de politieke belangstelling veel te negatief. De matige samenwerking van bedrijven onderling zorgt er bovendien voor dat ondernemers niet goed in staat zijn de politiek te bereiken.’
Welke voordelen heeft groen op bedrijventerreinen?
‘Groen houdt water vast bij hoosbuien, mensen gaan eerder een wandelrondje maken, het zorgt voor verkoeling. Werknemers hechten steeds meer waarde aan een aantrekkelijke werkomgeving. Bedrijven erkennen dit ook in hun strijd om talent. Je kunt je afvragen waarom de terreinen met zo weinig groen worden ingericht. Het is gericht op goedkoop, functioneel.’
Welke blokkades zijn er om bedrijventerreinen aan te passen?
‘Er zijn weinig mensen en middelen beschikbaar om ze op te knappen. Dat is de contradictie: er wordt veel geld verdiend, de grote werknemers zitten er, maar er gaat weinig naartoe. Als je kijkt naar de verkiezingsprogramma’s gaat het bij de partijen over wonen, wonen, wonen en niet over werken. Iedereen wil in een prettige omgeving wonen, maar men vergeet dat mensen graag ook dicht bij huis willen werken. Men weet niet hoe belangrijk die werkterreinen zijn, of men wil het niet weten. Ik wil mensen wijzen op het belang.’
U stelt dat op dit soort terreinen een rol ligt voor de circulaire transitie?
‘Ja, de ambities omtrent circulariteit moeten daar gaan gebeuren. Op bedrijventerreinen is ruimte om producten te demonteren, grondstoffen te scheiden. Tussen woningbouw kan dat niet vanwege geluids- en milieuhinder.’